Lotte Feenstra

Stad en land, de liefde

Daar is ze dan, van alle ongemak voorzien, De Liefde Meedogenloos, ontvlambaar, de voorspelbaarheid ontstegen Zich stortend in de armen van een treurwilg, oh De Liefde En in die van de juist ontloken purperblauwe regen Ontregelend en hemels ongelegen De Liefde  De toog biedt de verslagen barman een houvast, De Liefde Hij kent haar langer dan vandaag, hij kan haar draaiboek dromen Ziet hoe zijn clientèle rauw verzwolgen wordt, De Liefde Hoe slechts een enkeling op tijd zal weten weg te komen De paraplu die niet is meegenomen De Liefde  De kerven in de bomen De sloten aan de brug […]

Noorderzon

Nog even niet; laat deze morgen wachten Mijn ogen dicht; ik hou je in mijn geest Jij dwaalt geamuseerd door mijn gedachten En doet of je daar nooit bent weggeweest Laat deze dag zich nog maar niet ontvouwen Blijf hier bij mij en zet je koffers neer Die blik, die stem, die geur om van te houwen Na al die tijd misschien alleen maar meer Ik heb er nooit genoegen mee genomen Dat jij zo onverwacht bent afgereisd Je winterjas voor als je terug zou komen Je foto hellend in de wissellijst Toe, laat dit uur mij alsjeblieft niet wekken […]

Niet niet

Waarom zat ik nou nooit eens zonder reisdoel in de trein Of heb ik bij een kampvuur nooit eens zestien zitten zijn Waarom deed ik nou nooit verdiend een jaartje over, toen Er is zo veel te veel dat ik niet níet had moeten doen Ook nooit met mooie jongens aan het strand of in het gras Terwijl ik destijds op mijn aller-Aziatischt was Ach, al die potentiëlen van het frisse voorjaarsgroen Er is zo veel te veel dat ik niet níet had moeten doen Mijn koffers nooit eens woest gepakt en nooit een keer verdwaald In zedeloosheid, want mijn […]

Dat was niemand

Een lolly bracht haar dochtertje tot zwijgen Een tas was met de boodschappen gevuld Geen zaterdag kon haar d’r onder krijgen Ja schat, we gaan, daar staat de fiets, geduld Toen plots die stem, haar naam, een uitroepteken En wég was het seizoensgebonden fruit Die stem waarvoor ze vroeger was bezweken Hief haar boven de snoeptomaatjes uit Daar stond de man van twintig jaar geleden Met wie ze zó kon dansen door de stad De tijd dat ze nog geen concessies deden Aan vlinders en aan wat had vlamgevat Ze slingerden door kille najaarsnachten Ze suizelden door wankel voorjaarsgroen Zoals […]

Verhaal

Mijn vader heeft het over ‘in de oorlog’ Soldaten lopen dwars door zijn ontbijt En bij het avondeten staan de angsten Uit de tegenwoordige verleden tijd De dapperen, de bangerds, de ruïnes En weer citeert hij Loe de Jong voor mij Er komt geen eind aan de verhalengolven Nee, sterker nog: er komen nieuwe bij Terwijl ik denk: de lente is begonnen Kijk nou eens naar die prunus op de hoek Voor mijn plezier kijkt hij soms kort naar buiten De oorlog in hem maakt de lente zoek Hij vraagt opnieuw hoe zoiets kon gebeuren Dan valt hij als gewoonlijk […]

Beppe

Zo iemand die begaan is met je wellen en je weeën Al torst ze zelf een best gevulde koffer met verdriet Zo iemand die pioenrozen behandelt als trofeeën En die het goedbedoelende in alle mensen ziet Die iets voor onderweg je tas instopt, als je weer gaat Je kunt haast niet geloven Dat zo iemand echt bestaat Van wie alle adviezen stiekem toch je hoofd insluipen Al weet je altijd beter en al wil je d’r niet aan Zo iemand met een schoot waarop je weg zou willen kruipen Wanneer je bent gestruikeld of een misstap hebt begaan Die op […]

*

* Dit is het verhaal waar niemand meer naar luistert Omdat het veel te langzaam wordt verteld Met haperingen ook nog, broos en breekbaar Tot slot word je niet eens gerustgesteld Dit is het verhaal dat niemand meer wil lezen Omdat het boek te dik is en te zwaar Er ligt een laagje stof op bange woorden De lijm laat los, het valt haast uit elkaar Dit is het verhaal waar niemand graag bij stilstaat Omdat het toont wat liever niemand ziet Misschien zie je jezelf erin voorbijgaan Al denk je, nee, al hoop je zo van niet Dit is […]

Van mijn moeder

Bij voorkeur kijk ik schichtig weg of draai ik me weer om Wanneer ik onverwacht een vage kennis tegenkom Dan bid ik dat diegene niet zoëven naar me keek En doe ik alle boodschappen wel later deze week Want stel dat ik gedag zeg, hoort dan wél of níet een zoen Dat heb ik van mijn moeder Daar kan ik niks aan doen Ik huil om jonge vogeltjes Verdwaald in het plantsoen Dat heb ik van mijn moeder Daar kan ik niks aan doen Dat aardig willen wezen, tot mijn eigen ergernis Voor iemand die verdomme zelf totaal niet aardig […]

Howard

Op maandagochtend meld ik me, om tien uur, nota bene Ik heb een iets te optimistisch neon topje aan Zover ik weet, zit liefde voor de sport niet mijn genen Maar Howard maakt van mij een beest, dus warming-up en gáán Ik push, ik kick, ik jump, ik squat, ik lift, ik step, ik stoot Howard! Ik wil dood (How auw auw auw auw auw auw ard) De planken in mijn koelkast vullen zich met proteïnen De spiegels van de sportschool tonen mijn doorleefde vel Mijn rode draad is koolhydraat, mijn eeuwige benzine Mijn leven is verworden tot een loden kettlebell […]

Van haar

Het moet de allermooiste luiaard worden Een keukenrol, wat stiften en een schaar En in haar hoofd de juiste volgorde Een restje lijm en snippers in haar haar En als het bij herhaling niet wil lukken Scheurt zij dat arme dier niet eens aan stukken Dan plakt ze d’r gewoon wat plakband bij Dat heeft ze niet Van mij Het lijf is af, de poten zijn gevouwen Wacht eventjes, zijn staart moet er nog aan Ze vraagt me om hem even vast te houen En doet mij voor wat moet worden gedaan Wanneer de middag weg begint te ebben Blijkt […]

Scroll to Top